achtergrond

Geenstijl

Feynman en/of Feiten – Fictieve corona-economie

Langzaam komen de eerste factuurtjes van de coronacrisis.

Rutte sprak over een begrotingstekort van 11,8% BBP en een stijging van onze staatschuld van 46% BBP naar 65% BBP. Dat komt niet direct met elkaar overeen, omdat het BBP sterk krimpt. 

Door de krimpende economie heeft de overheid lagere belastingopbrengsten. Alle winst en winstbelasting verdampt meestal bij het eerste stukje gemiste omzet. Er staan nieuwe overheidsuitgaven gepland, vooral in de vorm van helikoptergeld, iets wat een paar maanden geleden nog ondenkbaar was. Voor Nederland is dat op zichzelf nog behapbaar, maar dankzij het lidmaatschap van een unie, zit er voor ons nog meer in het vat. 

Ter voorbereiding op het zoveelste coronatopic keek ik naar een interview met Johan Giesecke, een van de meest ervaren epidemiologen ter wereld. Hij was van 1995 tot 2005 de staatsepidemioloog van Zweden, en van 2005 tot 2014 Chief Scientist of the European CDC. Nu is hij lid van de strategische technische adviescommissie van de WHO.

Vanaf de zeventiende minuut gaat de professor echt los. De schade van corona is niet alleen in mensenlevens, (tijdelijke) invaliditeit, zorgkosten, economische schade, nee het gaat nog verder, we zijn de democratie aan het ontmantelen. Hij maakt zich zorgen om de dictatoriale trend in Oost Europa. Victor Orban werd bijvoorbeeld voor eeuwig autoritair heerser van Hongarije.

Natuurlijk gaat ieder land tijdens een crisis naar een simpeler besluitvormingsproces, met minder waarborgen. Ons kabinet zette de WOB even opzij, journalisten krijgen geen antwoord meer.  Rutte wilde graag moeilijke wetten wel even makkelijke afhameren, maar werd teruggefloten. De vraag is waar we naar terugkeren en wanneer dat is. 

Wanneer is nog het makkelijkst: rond de 3% van Nederlanders is besmet (geweest), groepsimmuniteit start pas rond de 60%, dus we zijn er nog niet. Over medicijnen of vaccins kunnen we voorlopig alleen nog maar dromen. Dit gaat zo lang doorzieken dat we het pakket maatregelen het nieuwe normaal noemen. Dat geeft wereldwijd financiële problemen, en zwakkere eurolanden krijgen het ene noodpakket na het andere.

De euro

Het ESM is een noodfonds dat na de crisis in Griekenland is opgericht. De gedachte was dat als een fonds snel en kordaat kan ingrijpen, een land in nood minder diep in de problemen komt, en daardoor korter en minder hulp nodig heeft. Griekenland had uiteindelijk honderden miljarden nodig, daarom wilde de Italianen het ESM in 2012 al verdubbelen in omvang.

Voor ESM, EIB, EFSM, EFSF, EBRD, IMF, SRF en de Wereldbank staat Nederland garant. Op onze naam kunnen deze acroniemen goedkoop geld lenen, om dat vervolgens goedkoop uit te lenen aan Zuid- & Oost-Europa. De totale borgstelling is 140 miljard. Merk je niets van, maar bij een depressie mag je betalen, of je laten chanteren tot een handtekening onder de volgende lettercombinatie.

Nu het ESM half leeg gaat, kwam het idee Europese staatsschulden aan te gaan. Donderdag was er een akkoord voor een nieuw fonds van 1000 miljard. Het zal niet de laatste ronde zijn. Op de korte termijn heeft al deze gezamenlijke schuldcreatie geen zichtbaar effect in het dagelijks leven. De centrale bank heeft beloofd alles op te kopen. 

Er zit dan zoveel geld hoog in de economie bij overheden, banken en beurzen dat alle grootschalige, minder intelligente indicatoren van de economie op groen blijven staan. De beurs zakt niet te ver in, overheden blijven betalen, de wisselkoersen van de euro en dollar met de rest van de wereld storten niet in en we kunnen onze levensstijl via import in stand blijven houden door eindeloos geld bij te drukken.

De olie

Dat buitengewoon onorthodoxe en agressieve monetaire beleid duurt nu al sinds 2008, en dit paardenmiddel begint langzaam bijwerkingen te krijgen. Het duidelijkst waren de opgeklopte oliekoersen. Sommige beurzen hebben namelijk een maandelijkse koppeling met de echte wereld. Een soort reality check. Bijvoorbeeld de futures West Texas Intermediate Oil

Deze futures zijn contracten voor welke prijs de verkoper straks olie moet leveren, maar ook voor welke prijs de koper de olie in ontvangst moet nemen. Dit systeem kent dus een bijltjesdag. Die was afgelopen dinsdag, speculanten konden niemand vinden om vlak voor expiratie het contract over te nemen. Deze snelle jongens willen snel geld, niet daadwerkelijk het zwarte goud.

Alleen waren die kopers er helemaal niet. De hele maand april is de VS in een steeds verdere lockdown gegaan, de olieconsumptie daalt scherp, de ruzie tussen Rusland & Saudi-Arabië geeft overproductie, maar de beurs reageerde nauwelijks. Tot de laatste dag, de dag dat alleen kopers met opslagtanks, raffinaderijen, pijpleidingen of tankerschepen nog een bod doen. Die waren toen al helemaal vol.

Een vat olie eindigde op 37 dollar negatief. Die historische crash en expiratiekoers begrijp ik, de koersen van de maand ervoor niet. Olie is het schoolvoorbeeld van een goed met een onelastische vraag: bij een tekort explodeert de prijs, bij het komende overschot is 100 dollar negatief haalbaar. Verzonnen geld dreef de prijs op, verliezen worden met ander verzonnen geld betaald, de fout wordt binnenkort herhaald.

Tot in hoeverre kunnen we prijzen nog geloven? Wat is geld nog waard?

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.