achtergrond

Geenstijl

ingelogd als

lid

logout

nachtmodus

tip redactie

doneer

Erik de Vlieger: Geluk is niet te koop, dat moet je afdwingen

Een INTERVIEW als Soep van de Week in Het StamCafé

door Arthur van Amerongen

De Vlieger: Niet om te slijmen hoor, maar ik ben altijd al verzot geweest op die belhamels van GeenStijl. Er gaat geen dag voorbij dat ik niet even kijk. Toen de Telegraaf er vanaf wilde, heb ik de secretaresse van de baas van het Mediahuis drie keer gebeld met de mededeling dat ik GeenStijl wilde kopen. Ik kreeg echter niet eens een belletje terug terwijl die vriendelijke dame dat elke keer toezegde. Enfin, mijn prima initiatief zal wel door Peter Vandermeersch geblokkeerd zijn. Misschien nam hij wraak omdat ik een lelijke column over hem op FTM had geschreven maar ik denk toch dat ik hem op Twitter teveel geplaagd heb met het feit dat hij zoveel vrouwelijk schoon inviteerde in zijn mooie appartement op het Oosterdokseiland. De ondeugd toch. Maar ach: toen bestond grensoverschrijdend gedrag nog niet…

Ik word op social media altijd de huid volgescholden als ik weer eens mijn mening geef over de toestand van Nederland en over de Nederlandse politiek. Van de week ook weer, na mijn open brief aan de NPO en Nieuwsuur en hun overhaaste vertrek van Twitter. De vaste querulanten roepen steeds: jij bent een vluchteling, jij woont lekker hoog en droog in de Algarve, en je mag dus helemaal niet meepraten over Nederland. Ik heb altijd hetzelfde antwoord: het hoofdkantoor van het bedrijf dat mijn vader Jan in 1950 is begonnen met industriële naaimachines bestaat nog gewoon. Dat is onze topholding. Het bedrijf is van mijn broer, van mijn zus en van mij en wordt gerund door de zoon van mijn broer. Een Nederlands bedrijf dus. Maar ik ben ook actief in Portugal. Nederland is mijn land, Portugal is mijn land. De enige reden waarom ik hier zo ongelooflijk vaak zit, is omdat ik bij een notariskantoor binnenkwam en ik dacht: wauw, wat een prachtige vrouw. Ja, zo simpel is het. Ze was toevallig ook nog eens notaris. Op haar ben ik verliefd geworden en met haar getrouwd.

Ik woon nog deels in Amsterdam en ik zie het daar al jaren helemaal fout gaan. Ik zie Ajax als een metafoor voor de teloorgang van mijn Mokum. Ajax is in principe een verloren zaak als er niet keihard wordt ingegrepen. Het bedrijf werkt met 480 mensen en zet 180 miljoen om. Dat is de helft van mijn omzet. Ik heb 50 werknemers. En mijn bedrijf is moeilijker te runnen dan Ajax. In het jaarverslag van Ajax staat dat ze in 2030 CO2-neutraal moeten zijn. Een voetbalclub! En Ajax heeft, omdat het een beursgenoteerd fonds is, een quotum voor vrouwen. Nou, dat is me toch een succes geworden zeg, met die positieve discriminatie in het bestuur. Ajax is totaal uit de hand gelopen omdat het een beursgenoteerd fonds is, met alle regelgeving van dien. Ajax is een woke D66-voetbalclub maar een voetbalclub moet geleid worden door een tiran zoals Jaap van Praag vroeger. 25% van de Ajax-aandelen is beursgenoteerd van Ajax. Dat is bij elkaar, op een beurskoers van 9 euro, ongeveer 45 miljoen. De totale beurswaarde is 167 miljoen. Dat is niks voor zo'n grote merknaam. Paris Saint-Germain is 4 miljard, Manchester United 3 miljard, de Washington Commanders 7 miljard.

Dus er moet iemand komen die zegt: ik geef alle aandeelhouders een winst van 50%, die kopen die 25% van die aandelen voor pak ‘m beet 65, 70 miljoen. Die coup is heel makkelijk. Je moet namelijk met een groot advocatenkantoor en een accountantskantoor een vijandige overname plannen. Als je zegt, ik geef elke aandeelhouder 14 euro - de koers is nu 9 euro - met als voorwaarde dat iedereen zijn aandelen inlevert.

Vervolgens gaat de directie eruit. De Raad van Commissarissen hef je direct op, inclusief aanverwante artikelen. Je maakt dan een sportieve deal met de vereniging en daarboven zet je een algemeen directeur neer, een financieel directeur en een technisch directeur. Je moet echt iemand uit het bedrijfsleven hebben. Een manager en bovenal een tiran. Een voetbalclub moet kort en hiërarchisch geleid worden.

Het enorme gebouw waar we nu in Olhão voor staan, is over vier jaar een project waar voor 323 miljoen euro verkopen in zit. Dus wat is nou 60, 70 miljoen voor een kwart van de aandelen van Ajax?

Het zit zo: begin december 2024 kreeg ik een belletje van een notabel hier uit Olhão. Dit gigantische blok is vier jaar geleden via een tender, een openbare aanbesteding, verkocht aan een Indisch-Engels beleggingsmaatschappij, voor 9,5 miljoen, plus aandelen en belasting werd het 11 miljoen. Op voorwaarde dat het bestemmingsplan gewijzigd zou worden. Dat heeft de gemeente binnen vier jaar gedaan en toen zouden ze het in januari 2025 afnemen. In december 2024 kreeg ik een belletje: de Indiërs hebben het geld niet. Toen moest ik in zes weken de Indiërs uitkopen en het bedrag aan de gemeente betalen. Pak ‘m beet een miljoen of vijftien. Binnen drie weken, vier weken had ik dat bedrag. Dat heb ik verzameld met wat beleggers en met fijne partners en vanwege het feit ik nou eenmaal hier de grootste ontwikkelaar geworden met een onvoorstelbaar kundig management, waarmee wij bepalen hoe alles wordt gedaan. En wat is nou het allermooiste? Dit is bij elkaar bijna 100.000 vierkante meter op een A1 locatie, tegenover de imposante haven van deze stad die ook een geweldige metamorfose zal ondergaan.

Hier en daar valt het woord gentrificatie, als het om mijn projecten gaat. Maar ik doe aan affordable housing voor de Portugezen. In Lagoa heb ik een groot terrein gekocht en ga daar 300 woningen bouwen voor de locals. Allemaal betaalbaar, tussen de 175 en de 275.000 euro. En daar maak ik een hele kleine marge op. Een ondernemer moet ook iets terugdoen voor de maatschappij die hem gelukkig maakt. Ik heb recentelijk een interview aan Idealista gegeven, mijn eerste interview in het Portugees. Daarin stel ik dat ze elke grote ontwikkelaar moeten verplichten om ook affordable houses te bouwen. Dus elke 10 appartementen of huizen die ze voor dikke Duitsers neerzetten, moeten ze ook een betaalbare woning voor een Portugees neerzetten.

Kijk, weet je oneerlijk is? Vilamoura is helemaal overgenomen door Amerikaanse ontwikkelaars. Die maken daar een gigantisch appartementenblok. Dat zijn appartementen van één miljoen. En dat appartementenblok heeft een tuintje. En dat moet de Portugese tuinman voor 900 euro netto in de maand bijhouden voor die Amerikaanse miljonairs. Dat is fundamenteel fout. Die mensen moeten meer geld verdienen en ze moeten een betaalbare woning hebben. Die tuinman moet niet in een kuthuisje samen met zijn oude moeder wonen.

Premie A-woningen was het beste systeem dat we in Nederland hadden. Dat hadden ze het nooit af moeten schaffen. Want dat was juist voor jonge mensen de kans.

Jonge mensen onder de 35 die in Portugal hun eerste huis kopen, betalen geen overdrachtsbelasting. Dat scheelt 6,5%. Ook als je een jonge buitenlander bent, onder de 35, en fiscaal geregistreerd, betaal je geen overdrachtsbelasting. Geweldig, zouden ze ook in Nederland moeten doen, maar zie je Rob Jetten of Henri Bontenbal op zo’n idee komen? Lachwekkend, die onervaren jongelingen. Ik vind het intrigerend dat Nederlanders op dit soort naïeve jongens hebben gestemd. Ik noem het lemmingengedrag. Iedereen met een beetje verstand weet dat het met dit soort hardcore EU-aanhangers fout gaat in ons mooie land. Ze zetten de grenzen wagenwijd open en vertonen sm-gedrag over de klimaatgekte. In Portugal weten ze niet eens wat stikstof is als je een bouwvergunning aanvraagt. Het is complete gekte in Nederland.

De Portugese regering doet dat gewoon met die vrijstelling van overdrachtsbelasting. Die hebben geen Hugo de Jonge, de grootste idioot die er rondloopt. Bassie en Adriaan in het kwadraat. Die heeft allemaal wetten ingevoerd waardoor al die beleggers al hun woningen aan het verkopen. Er zijn 12.500 woningen verkocht in Nederland door beleggers. Die woningen zijn dus van de huurmarkt afgegaan. Portugal is een investeringsparadijs. De overheid stimuleert dat. Portugal heeft heel veel maatregelen genomen om de woningbouw te stimuleren. Veel meer dan Nederland. De regering hier heeft incentives gegeven aan bouwers en ontwikkelaars. In Portugal loopt de betalingsbalans redelijk. De economie loopt goed. Het grootste nadeel is dat de Portugezen bureaucratie hebben uitgevonden. Ze hebben overal een papiertje voor, getekend en met diverse stempeltjes. Ik word helemaal gek van dat gestempel.

Ik zie dat vaak bij buitenlanders in de Algarve, dat ze gek worden van de papiermolen. Mensen die op een stukje grond willen bouwen: ik krijg maar geen bouwvergunning. En dat is nog maar het begin van de ellende, als je je niet goed laat informeren. Iets kopen in Portugal is het makkelijkste wat er is. Dat is maar 5% van het traject. Als je eenmaal iets koopt, dan begint het circus pas. Met wie doe je de bouwvergunning? De architect, de ingenieur, de financiering,de aannemer? Dat is 95% van het traject. Je moet ervan uitgaan dat ze bij de gemeente jou liever geen bouwvergunning geven dan wel. Dus je moet mensen in dienst nemen die goed liggen bij de gemeente. De kernbeslissing: wie neem ik heb ik als architect? Als jij een architect uit Lissabon op een project in Olhão zet, kan je het schudden. Maar een lokale architect, die hier met iedereen op school heeft gezeten, of op het voetballen, kost geld, die verkoopt zijn huid duur. En de Nederlander is zuinig. Nederlanders die ik regelmatig bij sta, vragen mij weleens: heb je nog een leuk huisje met zeezicht? Ik zeg dan: ja hoor, voor 4 miljoen. Die denken dus dat ze een ruïne kunnen kopen, romantisch, lekker klussen, maar ze hebben helemaal geen idee waar ze aan beginnen.

Mijn tip voor de GS-lezers die naar Portugal willen emigreren: ga hier eerst gewoon lekker even drie maanden een huisje huren. Autootje huren, beetje rondkijken of het je bevalt. Mijn tips: Tavira, Olhão, Carvoeiro, Lagoa en Vila Real de Santo António. Ik vind Olhão de mooiste plek. Ruig en levendig.

Een van de redenen van mijn succes komt doordat ik met Teresa getrouwd ben. Mijn vrouw is niet alleen notaris. Als een andere notaris fraude heeft gepleegd, helpt zij het openbaar ministerie. Dus ze is ook nog een soort openbare aanklager. Teresa heeft mij precies de diepere betekenis van het karakter van dit land uitgelegd. Wat je wel en wat je niet moet zeggen. Wij Nederlanders zijn veel te snel voor Portugezen. Snelheid, daar houden ze niet van, en al helemaal niet tijdens onderhandelen. Elke grote zakelijke deal die ik doe, bespreek ik met mijn vrouw. Dan wil ze precies weten met wie ik wat doe. Wat zijn dat voor mensen? Wat is hun achtergrond? Hoe komen ze aan hun geld? Alles wordt uitgezocht.

Mijn bedrijf heeft een output de komende 6 jaar van 950 miljoen euro. De doelstelling is om de grootste van Portugal te worden. Ik heb 28 ontwikkelingen in Zuid-Portugal maar ik wil naar het noorden. Ik wil bij de eerste vijf van Portugal komen. En dat gaat me lukken binnen 24 maanden.

Moet dat nou allemaal nog op mijn 66ste? Ik ga een museum openen, Fábrica do Inglês, we hebben voetbalclub FC Silves en ik heb net een kurkfabriek gekocht. Ik heb mezelf natuurlijk die vraag gesteld, twee keer zelfs, of ik niet achter de geraniums moet gaan zitten, lekker golfen en Nordic Walken. De eerste keer was in 2017, toen ik Teresa leerde kennen. Toen heb ik mijn familie bij elkaar geroepen. Al mijn kinderen, mijn broer en mijn zus. En toen heb ik gezegd, jongens zal ik het nog een keer gaan doen? Ik kan hier niet mee stoppen, dan ga ik dood. Ik wil wel winnen. En ik wil wel de grootste zijn. Dat zit in mijn DNA, dat zit in mijn karakter. En daar kan je allemaal psychologische verklaringen voor geven, minderwaardigheidscomplex, bewijsdrang, of wraak, maar dat zal mij worst wezen. (Grijns): Geluk is niet te koop, dat moet je afdwingen.

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.

GeenStijl.nl is een uitgave van GS Magenta B.V.