achtergrond

Geenstijl

Annus horribilis 2023 - De laatste stuiptrekking van de schrijvende aap Don Arturo (22)

Italië, honden, en De Dood

Maandag 29 mei

“Na die tocht leken zijn herinneringen meer op verzinsels dan op feiten, zei hij en hij was verbitterd omdat de wereld veranderd was en geen rekening met zijn verleden en zijn gemis had gehouden.”

J. Bernlef,Hersenschimmen

Er is iets mis in mijn hersenpan. Vorig jaar zomer werd ik - terwijl ik aan het fietsen was op de N125, de dodenweg van de Algarve - geschept door een dronken boertje in een roestbak. Ik vloog door de lucht en knalde met mijn tets op het asfalt. Omdat de pijn vooral werd veroorzaakt door een gebroken ruggenwervel (voor de kenner: de T12. De T11 bleef ongedeerd, anders had ik nu in een Stephen Hawking-karretje rondgereden), maakte ik mij minder druk om de zware hersenschudding. 

Een jaar of zeven geleden werd ik gekopschopt door een stelletje zigeunerknapen (na een mislukte dope deal, my bad) en dan is er natuurlijk de tomeloze alcoholconsumptie vanaf 1973 tot 3 maanden geleden die toch ook tot enige hersenverweking moet hebben geleid. 

Vorige week raakte ik in totale paniek toen ik - onderweg naar Villa Mussolini - mijn bankpasje kwijtraakte in een weiland. In Forlì raakte ik dankzij Google Maps volkomen verdwaald en was ik na een half uur weer terug bij het startpunt. Op Pinksterdag zat ik als een demente bejaarde uren op de bus te wachten - die dus nooit kwam - in Desenzano del Garda. 

Wie waren Alzheimer en Korsakov ook alweer?

De kanker waar ik zo bang voor was aan het begin van Annus Horribilis, houdt zich even gedeisd en dat is dan weer mooi meegenomen. Kijk, ik heb geen pensioen (gelukkig maar, want Rutte geeft jullie spaarcentjes toch kado aan Frenske en Zuid-Europa) en mijn AOW’tje van pak ‘m beet 350 euro kan ik pas over 4 jaar aanspreken. Hoe betaal ik dan de Thaise juffrouw (katoi voor mijn part) die lekker wokt, voor mij de boodschapjes doet en mijn billen gaat wassen met happy ending? 

Even voor de nerds: er zitten een paar flinke gaten in mijn AOW-carrière, die op een homp Emmentaler lijkt. In totaal stond ik ruim 20 jaar niet in Nederland ingeschreven. Wat voor fooi kan ik dan nog maandelijks bij elkaar schrapen, als ik straks bij Vadertje Staat aanklop? Van mensen met een soortgelijk reizend bestaan als ik, vernam ik een bedrag van 350 euro. De bevrijdende tipgever krijgt van mij Portugal voor Bonvivanten. 

Rode zakdoek linksachter: vuist in de poepert

Voor het eerst in mijn leven heb ik een zakdoek. Niet om in te snuiten, want ik knal mijn snot er altijd uit als een wielrenner. Vinger op een neusgat en hatseflats. In het chique Gardone Riviera kijken de flanerende Italianen verschrikt op als ik mijn gok leeg sproei. Vaffanculo, denk ik dan maar. Ik heb al mijn hele leven een verstopte neus. Lijkt me sterk dat dat kanker is. 

Het vervelende aan deze manier van proletarisch snuiten is dat mijn kleren altijd onder de mucus zitten. Wellicht is het beter dat ik een boswachterspak ga dragen. Ik gebruik de zakdoek om knopen in te leggen - zodat ik dus niks vergeet - en kocht hem bij Asole&Bottoni aan de Via Del Corso in Rome, tijdens mijn Mussolini-safari in de Città Eterna. Het is een prachtige rode, van zijde, uiteraard handgemaakt, en de nicht van dienst vroeg of de zakdoek voor in mijn rechter of linker kontzak bedoeld was. Ik ben natuurlijk geen frocio maar weet wel donders goed dat een rode zakdoek in de linker kontzak betekent dat de drager dolgraag gevuist wil worden. U kunt de Hanky Code hier op uw gemak bekijken.

De homofiele modeverkoper keek teleurgesteld toen ik zei dat ik de bandana om mijn hoofd ging knopen, à la Little Steven, en dat ik met mijn kleinkinderen naar een optreden van Bruce Springsteen ging. 

Slakkenspoor

Ik was trouwens vergeten hoe tergend langzaam Italianen kunnen flaneren. Het internet doet heel romantisch over dat slakkengekruip: *“La Passeggiata is een van die dagelijkse rituelen waar Italianen en iedereen die Italië bezoekt echt van zouden moeten genieten - gewoon laat op de dag wat tijd nemen om te ontspannen en door de verkeersvrije straten te wandelen, oude vrienden te begroeten, etalages te bekijken of gewoon doelloos rond te dwalen om contact te maken met mensen en feest te vieren aan het einde van een heerlijke dag in Italië. Het is een manier voor Italianen om weer in contact te komen met hun roots en een gevoel van gemeenschap en verbondenheid te voelen. En dat is precies wat je overal in Italië ziet: vrienden en familie begroeten elkaar op straat, praten met favoriete winkeliers en doen hun middaginkopen voor het avondeten. In elke stad en dorp is het 's avonds een must-do evenement, zelfs voor de toeristen! Je zult genieten van je eigen La Passeggiata, etalages kijken, mensen kijken en een leuke buitenbar of restaurant vinden om te genieten van het einde van de dag in Italië!” *

Nou, als ik loop te drentelen achter zo’n kudde slakken heb ik zin om ze te verpletteren met een bulldozer. Tot slijm zult gij wederkeren, vieze mollusca

Wie net als ik dol is op clichés over Italië, moet beslist het geestige boekje Bella Figura. Waarom de Italianen zo Italiaanszijnscoren, van Joost Houtman en Philip Roose. 

Hier een paar lekkere hapjes: 

75% zonnebril  ‘Voor Italiaanse vrouwen geldt de regel dat zij voor 75% uit zonnebril moeten bestaan. Groot, groter, grootst. De zonnebril is dan ook geen bril, maar wel een juweel en dat moet lekker zichtbaar worden gedragen.’

Voorzichtig overspel  ‘Italianen nemen je letterlijk van onder tot boven op. De grens tussen kijken en staren wordt daarbij vrolijk overstegen. Flirterig gedrag is in De Laars nooit een echt probleem geweest. Ook overspel is lange tijd geen halszaak geweest. In ieder geval niet voor een man. Zolang die maar ten eeuwigen dage zijn echtgenote en –vooral – moeder van zijn kinderen in de watten blijft leggen en haar niet al te openbaar te schande maakt. Si non caste tamen caute, ‘als je niet kuis kan zijn, wees dan ten minste voorzichtig’ gaven de Romeinen al als tip mee.

Liegen zonder te liegen  ‘Complimentjes zijn verplicht in Italië. Ze maken ieders leven mooi, la vita diventa più bella! Een nonno, opa, zal verteld worden dat hij waarschijnlijk de eeuwige jeugd heeft en zijn vrouw zal bijna ten huwelijk worden gevraagd. De complimenten vliegen in het rond. Het is liegen zonder te liegen. Natuurlijk zal je auto tegen het weekend klaar zijn, zal de garagist zeggen. Vast omdat hij weet dat je je bij die uitspraak goed zal voelen en ondertussen hoopt hij dat die kleine kans misschien ook wel echt lukt, en anders heeft hij tot dan de tijd om nog een goed excuus te verzinnen. Dat is trouwens ook de reden waarom de snelheidsmeter overdrijft, want zo voelt de chauffeur zich lekker sportief, en eveneens waarom de stationsklok een beetje voorloopt op de tijd. Zo valt het niet zo hard op dat de trein wat te laat is, wat in tegenstelling tot in België trouwens maar weinig gebeurt. Bijna iedereen kan bij de Italiaanse spoorwegen daarbij rekenen op een reductietarief, enkel naïeve Italianen en toeristen niet. Een verkeersdeskundige berekende ooit dat, als iedereen gewoon zou betalen, alle tarieven gehalveerd zouden kunnen worden! Maar dat is echt niet hetzelfde als te kunnen profiteren van een kortingstarief, geef nu zelf toe! Dan zou je la bella figura om zeep helpen!’

De enige echte heilige  ‘Een Italiaan vindt het trouwens perfect logisch dat men, ter nagedachtenis aan een gemartelde heilige, haar eert door witte ‘negerzoenen’ met daarop een kersje te eten, le minne (of tette) di Sant’Agata. Inderdaad, je hoeft geen Italiaans te spreken om te weten wat tette betekent. Een Italiaan vindt het ook perfect logisch dat hij tot ver voorbij zijn houdbaarheidsdatum bij zijn Mamma blijft wonen. La Mamma is dan ook de enige echte heilige in De Laars. Mocht Mamma haar zoon beu zijn, dan moet ze een job voor hem zoeken. Dat heet in het Italiaans sistemare il figlio. Nepotisme is een wijdverspreid fenomeen in Italië, dat er werd geïntroduceerd door de pausen. Nepotisme werkt (en de meeste jonge Italianen niet). Je echtgenote die op een lagere school lesgeeft promoveren tot professor medische geschiedenis, je dochter zonder medisch diploma tot professor juridische geneeskunde en je zoon lanceren als de jongste hoofddocent cardiologie ooit? De rector van de medische faculteit aan de gerenommeerde universiteit La Sapienza, ja, die kon dat!’

Mijn absolute reisbijbel voor Italië is The Italians, van Luigi Barzini: The Italians presents a guided tour through centuries of history of Italy. This book examines Machiavelli and Mussolini, popes, pilgrims and prostitutes, cliques and conspiracies, Casanova and the crippling power of the Church. It also shows us a divided nation, injustice, ignorance, poverty and fear.

Fappi fappi op Mara in Domenica in

Jammer dat Barzini nooit een hoofdstuk heeft gewijd aan Rai Uno, jarenlang mijn favoriete televisiezender. Ik zat nog net niet te fappen op Mara Venier, de legendarische moderatrice van Domenica invan Rai Uno. Pornhub bestond nog niet, en rukken in de Candy of de Chick was meteen ook weer zo armetierig. Iedere zondagmiddag zat ik aan de buis gekluisterd want Domenica in was een geweldige mix van tieten, konten, kermismuziek, heerlijk Italiaans gekrijs en geschreeuw, stokoude mannen met geverfd haar in peperdure maatpakken (kereltjes waarvan je in Nederland meteen zou roepen: 'die is van de verkeerde kant en sterker nog, hij heeft het uitgevonden en verbeterd en iedereen weet het behalve zijn vrouw') en bovendien rolden ook nog eens de tussenstanden van de Italiaanse voetbalcompetitie over het scherm.

Om mijn verfijnde smaak en mijn kennis van de hogere Italiaanse kunsten te compenseren, luister ik dolgraag naar tranentrekkende smartlappen, echte Italo-trash zoals Storie di tutti I giorni van Riccardo Fogli (u kent de cover van Marco Borsato), Ti Amo van dat lekkere geile ding van een Umberto Tozzi (met zijn zaadvragende ogen), Rocco di Quinto met Ti voglio benepapa, Prisencolinensinainciusol van Adriano Celentano en uiteraard Felicita van Al Bano & Romina Power. En last but not least: Italiaanse pornomuziek!  Piero Umiliani! Hier de hele soundtrack van SVEZIA, INFERNOE PARADISO. U wist natuurlijk niet dat MahNà Mah van Piero is, en dus niet van de Muppets, en uit deze klassieke erotische film komt. 

Een Spanjool die heerlijke persiflages maakt op Italiaanse trash, is mijn held Tonino Carotone. Luister naar Un ragazzo distrada. Zijn Ik schijt op de liefde mag er ook wezen, net als Vita Clandestina

En is er natuurlijk Popcorn, een genre dat door Italiaanse migranten in België, rond Luik, werd uitgevonden.

Na al deze diepzinnigheden over Italië, zal ik de lezer verder niet lastig vallen met mijn bezoek aan Vittoriale degli Italiani, het schitterende monument dat Gabriele d’Annunzio voor zichzelf oprichtte. Dat komt binnenkort aan de orde in Europese Patriotten. Hier alvast wat leuke sfeerbeelden.

Twiet van de dag

Dinsdag 30 mei

Aperol Spritz: een goor wijvendrankje

Er heerst vakantiestemming aan de oevers en de dorpen van het Gardameer. Veel tokkies uit Nederland en het Verenigd Koninkrijk in campingsmokings. Italië is niet bepaald goedkoop, waar doen die gasten het van? Maar ja, dat vraag ik me in 020 ook altijd af. Daar zitten alle restaurants en kroegen op een doorsnee maandagavond bomvol feestende studentjes en ander schoon volk. Op de pof vermoedelijk en: après nous, le déluge

De koffie hier is goed te doen, gemiddeld 1 euro en 20 cents voor een espresso maar in de Algarve betaal ik rond de 80 cent voor een bica. Geen cent teveel hoor! De drank is reteduur aan het Gardameer, in vergelijking met Portugal. Een fluitje slap, inheems bier kost gemiddeld 3 euro. Hele volksstammen slurpen Aperol Spritz, een smerig wijvendrankje in de categorie Pisang Ambon en Coeberg bessenjenever. Zo’n glaasje oranje bocht gaat al snel richting een tientje! Waar betalen ze het toch van? Als je hier met je gezin en de sleurhut op een willekeurige camping gaat staan, ben je zo een rug kwijt voor een weekje. Om nog maar te zwijgen over de glamping, dat klinkt als een ernstige venerische aandoening. En dan moet je vrouw ook nog eens 10 Aperolletjes per dag naar binnen gieten. Pffff. En een kindermenu bij de Mac kost ook een kapitaal. 

Ik word altijd een beetje mies van al die opgeklopte vakantievreugde. Al die gezinnen, al die schijnbare saamhorigheid, al dat efemerische fopgeluk. Ik zie vooral narigheid. De puberende zoon met pukkels en vet lang haar, die zich doodschaamt voor zijn ouders, de aanstootgevende dochter in hotpants, die naar alle mannen lonkt. De verveelde, botergeile echtgenote, die zich het liefst laat uitwonen door kelner Luigi in het hotel. Papa die met een stijffie in zijn bermuda naar ontluikende dochters van andere papa’s loert. Ik word er verdrietig van. En als ik verdrietig ben, moet ik wandelen van mijn zielenknijper, dus ik wandel met mijn rugzak van Gardone Riviera naar Salò. 

Pasolini en de hoeren van Damascus

Salò ken ik slechts van Salò o le 120 giornate di Sodoma, van Pier Paolo Pasolini. Ik was destijds bij de première van die film, ik meen in Arnhem, en ik was toen vooral geïnteresseerd in de seksscènes. Mijn politiek bewustzijn en engagement was nul. Eigenlijk is dat nog steeds zo. In het beste geval lijd ik aan Weltschmerz, een begrip dat is uitgevonden door de Duitse schrijver Jean Paul Richter (1763-1825). Weltschmerz verwoordt het gevoel van diepe droefheid en als pijnlijk ervaren melancholie ten gevolge van verdriet, ontstaan door de onvolmaaktheid van de wereld. Een persoon met wereldsmart heeft het gevoel dat de fysieke realiteit nooit de verlangens van de geest kan bevredigen. Het gaat soms met pessimisme, vervreemding en escapisme gepaard, en kan een psychisch probleem worden (zoals bij Hikikomori, een fenomeen waarbij Japanse jongeren zich sociaal volledig terugtrekken). Tegen Weltschmerz is maar een remedie: keihard Als je Huilt van André van Duin draaien! 

Hier in het kort de inhoud van Salò, die u op uw gemakske gratis en voor niks in uw mancave kunt bekijken. Wel het deurtje op slot doen! 

In de fascistische Republiek van Salò, in een afgelegen villa aan het Gardameer, worden negen jongens en negen meisjes bijeengebracht. Ze worden onderworpen aan geestelijke en lichamelijke vernederingen door vier fascistische leiders - een hertog, bisschop, magistraat en voorzitter - die hun machtspositie misbruiken, daartoe gestimuleerd door de verhalen van vier hoeren-vertelsters. De achttien jongeren worden vernederd, seksueel misbruikt en ten slotte doodgemarteld terwijl beurtelings een van de vier heren vanuit de villa met een verrekijker toekijkt. Pasolini volgt in Salò de opbouw en - vaak tot in details - de inhoud van het boek van Markies de Sade. Door de gebeurtenissen echter te verplaatsen naar het Italiaanse Salò in 1944-45 wilde hij met een exploitatie-achtige manier van filmen verhaaltechnisch een aanklacht maken tegen de excessen van het kapitalisme, het economische stelsel waarin de productiemiddelen in privéhanden zijn en het fascisme, een totalitaire en dus ook autocratische politieke ideologie. Het punt van de maker was dat macht corruptie in de hand werkt en er altijd voor gewaakt moet worden dat er nooit te veel macht in te weinig handen komt. De vertoonde gruwelen zijn een gevolg van een werkelijkheid waarin dat wel is gebeurd. "Het is de enige film die over de werkelijkheid gaat", verklaarde Pasolini ooit in een interview.

Het liep slecht af met Pasolini, die op gruwelijke wijze vermoord werd door een schandknaap, en die moord leidde weer tot diverse complottheorieën. 

In Salò bevindt zich het Centro Studi e Ricerca sulla Repubblica Sociale di Salò. Volgens hun website koppelen ze de geschiedenis van het Italiaanse fascisme aan het heden. Mai più fascismo. Nie wieder Faschismus. Ik dacht altijd dat de RSI, het fopstaatje van Mussolini, bedacht door de nazi’s, piepklein was maar dat viel wel mee. Veel behoefte aan de arme mezzogiorno - die toch al bevrijd was door de Amerikanen - zullen de moffen niet gehad hebben. 

Wat ik tijdens mijn dodenmars reeds vreesde, wordt bewaarheid. Het centrum, dat zich op de eerste verdieping van de gemeentelijke bibliotheek in Salo bevindt, is gesloten. Niemand weet waarom. Teleurgesteld pak ik de bus naar Brescia, nadat ik eerst door een stapel boeken over Mussolini heb gebladerd in de leeszaal van de openbare bibliotheek. 

De copieuze lunch bij de Libanees in Brescia maakt mij gelukkig. Daar kunnen ze mij voor wakker maken: kibbe naya, hummus, baba ranoush, de tabouli, de shanklish (keiharde kaas die je samenprakt met tomaat) en al die andere goddelijke gerechten. Er pist een leger engelen over mijn tong en ik ben weer terug in de prachtige christelijke wijk van Damascus. Hoe zou het toch met de bordelen in die stad zijn? Ik moest er toentertijd wel naar zoeken, maar om drie uur ’s nachts kwam er altijd wel ongevraagd een lid van de nawar, de Arabische zigeuners op mogelijke klantjes zoals ik af. Dan moest ik door een labyrinth van gore stegen sluipen en vervolgens 20 trappen beklimmen in een vieze flat op (de liften waren in die tijd vaak stuk, in de Syrische kranten las je dan dat de Joden en in het bijzonder de mossad daar achter zat) en dan kwam ik in een peesruimte waarin houten hokken waren getimmerd - een soort Brabantse varkensflat - en dan mocht ik een kwartier van bil voor de prijs van tien keer mezze eten. Een vriend van mij wilde in zo’n hoerenkeet zijn verjaardag vieren. Het werd de slechtste wip van zijn leven, zowel in de categorie betaald als onbetaald (de Arabieren hebben de kamasutra niet uitgevonden, mijn understatement van het jaar), en toen we weer buiten liepen, bleek dat hij zijn horloge had laten liggen op het nachtkastje. De hoer wilde zien wanneer het kwartier jolijt voorbij was, want haar zandloper was kapot, zei ze. Horloges en hoeren: een gouden huwelijk. We konden dat bordeel natuurlijk niet meer terug vinden met onze stomdronken koppen, en na twee uur kwam ik die ronselende zigeuner annex loverboy weer tegen. Allemaal geschreeuw rond het ochtendgloren, en uiteindelijk kon die vriend zijn klokkie - dat hij van zijn vrouw had gekregen vanwege hun platina huwelijk - voor een aardig, doch gezien de omstandigheden beslist niet onredelijk bedragje terug kopen. 

De luchthaven van Bergamo is een heksenketel. Ik kan niet meer tegen mensenmassa’s. Ik voel geen enkele verbondenheid met de mensheid. Dat had ik al als kind. Ik ben jaloers op mensen die met zijn allen heel vrolijk en keihard Sweet Caroline zingen. Ik ben gewoon Donnie Darko. Er is ook goed nieuws, want ik heb een nieuwe hobby: ik ben een Local Google Guide. Google bestookt mij onafgebroken met vragen over alle plekken die ik bezocht heb, en ik werd daar zo schijtziek van, dat ik nu alles van lieverlee vijf sterren geef, plus de opmerking: great&marvelous. Of het nou de McDonald’ s in Rome is, of de Aldi in Faro: Vijf sterren! Ik zit inmiddels op bijna 2000 punten en ben eens gaan kijken wat ik met die perks & Mini kan doen. Nakkes nada! Sterker nog, een aantal reviews blijken niet te zijn geplaatst. In rood staat er dan bij: 

Review niet gepost. Deze review voldoet niet aan ons contentbeleid. Je kunt bezwaar maken tegen deze beslissing als je denkt dat dit niet klopt.

Wat betekent dat nou weer!

Ik ben even door gaan googelen, want ik zit verder toch maar neurotisch uit mijn neus te peuteren op de claustrofobische luchthaven, en ontdek dat ik gamified ben! 

Why Local Guides are dangerous: gamifying reviews (points for the sake of points)

Although Google Maps and Local Guides were started with the right intent, some Local Guides aren't in it for the wholesomeness of Google's ecosystem; they're in it for a quick hit of dopamine as they collect their badges and rewards.

Gamification is a concept that applies game mechanics to non-gaming situations; in real-life, you can recognise it in play when otherwise normal, boring, everyday tasks give you a rush of fun, excitement and reward. Earn a badge for leaving a review - gamification! Collecting candy on Waze as you drive? Gamified!

De verloofde wacht op de luchthaven van Faro. Ik ben blij dat ik thuis ben. Portugal is echt mijn thuis geworden na 11 jaar. Mijn patrie de coeur. De hondjes zijn door het dolle heen.

Twiet van de dag:

Woensdag 31 mei

**De tragische dood van Blackie, mijn witte hond. **

Ik wandel nog voor het ochtendgloren met Matcha en Tita langs de zee en door de zoutpannen van de Rio Formosa, pink een traantje weg want ik mis Jamba verschrikkelijk. De rust in mijn hoofd keert langzaam terug. Hier, in mijn natuurlijke bipotoop, heb ik de homozakdoek met knoop niet meer nodig. 

Ik maak me bezorgd over Tita. Ze is 14, heeft haar zussen Raya en Jamba overleefd. Ze eet goed, poept goed, maar de fut is er uit. Met de naderende dood van Tita zal mijn innige band met Paraguay fysiek verbroken worden. Ik word misselijk van de gedachte dat mijn lieve hondje er niet meer zal zijn. Mijn moeder was net zo dol op dieren, we hadden thuis een hond, vier katten, een hele reeks konijnen en hamsters, een aquarium met ontelbaar veel guppy’s en een volière vol kanaries en parkieten. Blackie was een spierwit hondje dat ik als zesjarige op een boerderij had gevonden. De boerin had mij verteld dat ze een nest pasgeboren puppy’s ging verzuipen want zo gaat dat nu eenmaal op de boerderij. Niet in Portugal trouwens, want daar zijn de Portugezen te weekhartig voor. Ik barstte in huilen uit en besloot een van de puppies te redden. Als kind huilde ik vaak en veel, dat vond ik gewoon lekker. Soms keek ik in de spiegel terwijl ik huilde, de pathetiek zal er al vroeg in. Keer op keer herlas ik Alleen op de wereld van Hector Malot, over Remi, zijn drie honden en de aap. En als ik dan weer las hoe de honden Signor Zorbine en Signora Dolce met huid en haar verslonden werden, rende ik jankend naar mijn moeder die troostend zei dat het allemaal verzonnen was. ik had amper vrienden, niemand durfde bij mij thuis te komen vanwege mijn gekke moeder. Blackie werd mijn nieuwe vriend, we liepen uren door de bossen. ik praatte onafgebroken tegen het neurotische beestje zoals ik nu met Tita praat. ik was een jaar of veertien toen het bergafwaarts ging met Blackie. Hij werd moddervet, mijn moeder voerde hem de hele dag koekjes en chocola, de enige manier om hem met keffen te laten stoppen. Blackie had zichtbaar pijn, hij kon amper nog lopen. Op een avond gaf ik hem twee hele aspirines, ik kon zijn gekerm niet langer aanhoren. Daarna ging ik de kroeg in. Toen ik om twee uur’s nachts straalbezopen thuiskwam, lag Blackie met de poten omhoog in zijn mand die onder het bloed zat. Het was geen zachte dood geweest. Ik was door het dolle heen en begon een kuil te graven tussen de coniferen. Mama kwam al snel af op het lawaai en zei dat ze de volgende dag wel iemand van de gemeente zou bellen. ik schreeuwde tegen haar dat ze Blackie had vermoord met al haar koekjes en chocolade.Toen ma begon te huilen, stopte ik met graven.

Twiet van de dag

Donderdag 1 juni

**Knarsbitjes en snurkbeugels. **

Voor het eerst in een eeuwigheid heb ik - dankzij een knarsbitje, dat ik kado kreeg van Rob Muntz- niet liggen knarsetanden in mijn slaap. Zegt de verloofde. In een eerdere aflevering van Annus Horribilis schreef ik al over mijn gevecht tegen bruxisme. De volgende keer krijg ik een anti-snurkbeugel, zo beloofde Muntz. Model Hannibal the Cannibal. Ik vond het knarsbitje al behoorlijk eng en het leek mij een heel gedoe om dat onding in mijn muil te proppen, maar uiteindelijk viel het toch wel mee. Tegen het ochtendgloren haalde ik hem uit mijn mond, viel weer in slaap en toen ik weer wakker werd lag Matcha er tevreden op te kauwen…

Vrijdag 2 juni

Fear and Loathing in the Algarve

Een weldoener uit Nederland heeft geld gegeven aan mijn verloofde, bestemd voor het asiel waar ze vrijwillig werkt. We kopen tien zakken voer bij mijn favoriete winkel van sinkel voor boeren en rijden naar het asiel, dat diep verscholen in de brousse ligt. Honderdtwintig honden zijn dolenthousiast als we het terrein op rijden. Het liefst zou ik nooit meer schrijven en alleen maar voor zielige hondjes willen zorgen, maar een keer de Himalaya beklimmen met Asha ten Broeke is realistischer. 

Rob Hoogland en ik organiseerden ooit een crowdfunding voor APAR en haalden toen maar liefst 15.000 euro binnen. Een en ander kunt u terugzien in deze schitterende roadmovie – Fear and Loathing in the Algarve – die Joris van Os en Jurriaan Maessen over onze heldhaftige liefdadigheidsactie maakten.

Twiet van de dag

Zaterdag 3 juni

Zowaar twee festivals tegelijk in mijn biotoop, waar anders nooit iets gebeurt en waar de enige opwinding veroorzaakt wordt door begrafenissen. Pé na Terra is een vrolijk festival waar heel veel Brazilianen op af komen, en dan met name lekkere meisjes die mijn kleindochters hadden kunnen zijn als ik hun mama’s wat meer betaald had. Mooie chicas zijn er niet in de Algarve, the shallow gene pool van het Iberisch schiereiland, waar de damessnor tot een van de zeven schoonheden wordt gerekend, en de Zuid-Amerikaanse invasie zet Fuseta ieder jaar weer op zijn kop. 

En dan is er vlakbij mijn huis een motorfestival, midden in de vrije natuur.

Ieder gehucht in de Algarve kent een bende van outlaws. Het spoorwegstationnetje van het gehucht Livramento huisvest de Grupo Motard Cidade Sem Lei. Vrij vertaald: Brommerclub Stad zonder Wet. In de praktijk behelst zo’n chapter een maandelijks barbecue-treffen van mannen met haarvlechten en bierbuiken, gechaperonneerd door meisjes van vijftig plus met lederen rokken en aarsgeweien boven de bilspleet getatoeëerd. De concentração demotos in Faro, volgende maand juli, het grootste brommertreffen van Europa. 

Eens wilde ik de VIP-sector van de Hell’s Angels bezoeken omdat daar een hele bekende stripper uit Portimão op zou treden. De bouncer was een Maori van 200 kilo. Hij behoorde tot het Nieuw-Zeelandse chapter van de Hell’s Angels. Ik werd geweigerd omdat ik volgens het hulkje een nerd was. Nu wil het geval dat ik kennis heb - zoals u weet - aan Daniel Uneputty alias Unu, de voormalige president van het Amsterdamse chapter. Hij komt trouw naar mijn boekpresentaties en ik ken hem als een keurige family man die zich altijd leent voor een feestelijk fotomomentje. In zijn tattooshop in Amsterdam mag ik graag met hem babbelen over Sonny Barger, de nog steeds levende oprichter van de Angels. De kenner denkt dan meteen aan Hunter S. Thompson en zijn klassieker uit 1966: Hell's Angels: The Strange and Terrible Saga of the Outlaw Motorcycle Gangs. 

Goed, ik heb brommer noch tattoos, maar ben in alle bescheidenheid de enige die probeerde Gonzo-journalistiek in Nederland te bedrijven. Inmiddels heb ik Hunter’s fakkel overgedragen aan mijn gewaardeerde collega Rick Nieman.

Ik belde Unu, gaf mijn mobiel aan de monster-Maori en mocht naar binnen om van de stripper te kunnen genieten. Wat nou nerd! Ik ben born to be wild! Op mijn 16e (net ontsnapt uit de tuchtschool) werkte ik op een bunkerschip in de Rotterdamse haven. Zo’n olieboot voorziet andere schepen van peut. Ik moest als Ketelbinkie onder barre weersomstandigheden via een touwladder omhoog klimmen en op het dek de loodzware slangen bevestigen. Daar bij Pernis ontstond mijn ruige imago. Ik had twee enorme ringen in mijn oren, Barry Hulshoff-bakkebaarden en droeg een door mama gebreid scheepsmutsje. Met die look zette ik een trend neer die Harry Slinger van Drukwerk pas jaren later oppikte. Ik heb nog wel even een Lederhose gedragen maar dat brak mij - los van woekerende pubesuitslag - lelijk op tijdens de vrijgezellenavond in Die Deutsche Eiche in München, de stamkroeg van Rainer Werner Fassbinder. Fred Mercury was er ook. Ik wilde ontdekt worden als acteur, wist ik veel wat Schwule-Treff betekende.

Twiet van de dag

Zondag 4 juni

Helemaal niks nada nakkes meegemaakt. Een heerlijke gloomy Sunday. Luistert en huivert: *There have been several urban legends regarding the song over the years, mostly involving it being allegedly connected with various numbers of suicides, and radio networks reacting by purportedly banning the song. Press reports in the 1930s associated at least 100 suicides, both in Hungary and the United States, with Gloomy Sunday. *

Verlangend naar de dood twee keer een half uur gezwommen in zee.

Twiet van de dag

Ik ben gespot in Olhão!

Bedrag:

Reaguursels

Dit wil je ook lezen

De Bolle Gogh: een bruisende biografie over de Hemelse Roker

De Bolle Gogh is een rollercoaster. De biografie dendert bijna 700 pagina’s onvermoeibaar door, net als het leven van Theo. Ik ben van dezelfde generatie als Theo en het boek is een feest der herkenning voor iedereen die met name de jaren tachtig in het - toen nog - zo lekker gore Amsterdam heeft meegemaakt.

@Arthur van Amerongen | 13-01-24 | 21:30 | 658 reacties

Arthur van Amerongen - Soep van de Week: Eric Smit en Akwasi verklaren de oorlog aan Musk

Nieuw op GeenStijl: Arthur van Amerongen soept door de hete teeks van deze week in zijn nieuwe rubriek Soep van de Week, vandaag tevens ook Stamcafé. Vanaf nu: iedere week!

@Arthur van Amerongen | 10-01-24 | 21:50 | 505 reacties

Annus Horribilis 2023 - De laatste stuiptrekking van de schrijvende aap Don Arturo (52)

“Meneer van Amerongen: steek uw Annus Horribilis maar in een geheime opening waar de zon nooit schijnt!” (tevens Stamcafé)

@Arthur van Amerongen | 03-01-24 | 22:15 | 458 reacties

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.