achtergrond

Geenstijl

Commissie Insayno: "Schuld van social media"

Niet van Insayno zelf. Maar van: "Tumult."

De 'rel' rond de minst productieve stadsdichter in de historie van Haarlem, Insayno, wordt met de dag mooier. De commissie die het brokje haat aandroeg voor het stadsdichterschap (hierboven op een fluks van het internet verwijderde plaatje) ging natuurlijk zo nat als een krant en betreurt het nu dat 'met name tumult op sociale media zijn carrière als stadsdichter in de weg heeft gestaan'. Aldus het Haarlems Dagblad. Niet het feit dat Insayno, die eigenlijk Darryl Osenga heet, een 'kogel door de kankerkop' van iemand wenst. Niet het feit dat Insayno hoopt dat Geert Wilders wordt afgeslacht. Niet het feit dat Insayno de meest krankzinnige complottheorieën verspreidt over Bataclan en 9/11 en zo heel veel leed bagatelliseert. Niet het feit dat Insayno fantaseert om met een AK47 rond te gaan sproeien. Niet het feit dat Insayno met zijn jatten niet van journalisten af kan blijven. Niet het feit dat Insayno de holocaust ontkent. Nee, 'tumult op sociale media'. Nederland wil niet van Insayno leren. Nederland wil niet zo zijn. "Hij keert zich niet af van de maatschappij maar het lijkt erop dat een deel van de maatschappij zich afkeert van hem." Ja. Heel gek.

De brief

Op woensdag 23 september maakte de Gemeente Haarlem bekend dat Darryl Danchelo Osenga was aangesteld als stadsdichter voor de komende twee jaar. Twee dagen later, op vrijdag 25 september, werd hij alweer uit het ambt ontzet, nadat op sociale media oude berichten met gretigheid werden gedeeld.

Met verbijstering hebben wij de ontwikkelingen vanaf de zijlijn bezien in de hoop dat Darryl Danchelo Osenga (artiestennaam Insayno) na afloop van de storm nog steeds stadsdichter zou zijn. Helaas liep het anders.

De redenen die het gemeentebestuur aanvoerde, voelen niet onredelijk: Osenga’s teksten staan haaks op de waarden waar Haarlem voor staat, en de controverse zou een geloofwaardige invulling van het stadsdichterschap onmogelijk maken.

We begrijpen vanzelfsprekend de schok die het lezen van bepaalde teksten van Osenga heeft opgeroepen. Het zijn heftige uitspraken die doen denken aan nieuwsberichten over vandalisme tijdens de dodenherdenking, berichten die de vraag oproepen: hoe is het mogelijk dat je zo weinig respect kunt opbrengen voor iets wat zo’n essentieel onderdeel van onze geschiedenis is?

Als het goed is, stel je daarna de vragen: hoe kunnen we deze vandalen bereiken? Onttrekken zij zich werkelijk aan de maatschappij? Zoals de Haarlemse stadsdominee Tom de Haan meldde: ‘Het is goed als we gesprekken voeren. Als we niet over Holocaust en slavernij met elkaar praten, dan verklaar je ze allebei tot taboe, dan is de communicatie erover helemaal dood.’

We zijn een paar jaar verder. Osenga heeft ondubbelzinnig afstand genomen van de bewuste teksten. Maar hij erkent wel dat ze staan voor waar hij vandaan kwam. Hij ontkent niet, maar blijft communiceren, geeft context, licht toe waar teksten vandaan kwamen en ontwikkelt zich. Een ontwikkeling die hij met het publiek had kunnen delen, maar de mogelijkheid om van hem te leren, is nu verdwenen.

Darryl Danchelo Osenga wilde stadsdichter worden. Hij wil verbinden, schrijft over Schalkwijk én het Spaarne, hoort bij Coster én is crossover. Hij keert zich niet af van de maatschappij maar het lijkt erop dat een deel van de maatschappij zich afkeert van hem.

Iedereen die zich druk maakt om (jonge) mensen die buiten onze maatschappij vallen, zou geïnteresseerd moeten zijn in hoe Osenga het stadsdichterschap zou gaan invullen. De realiteit is echter, dat hij nu is afgerekend op waar hij vandaan komt, niet op waar hij naartoe gaat. Dat is een enorme gemiste kans.

Burgemeester Jos Wienen van Haarlem zei eerder tegen het Haarlems Dagblad: ‘Ik zou het heel naar vinden als hij [Osenga] voor zijn leven getekend zou worden.’ We onderschrijven dat volkomen. Wij betreuren het dat wij Osenga niet als stadsdichter zullen zien, en hopen hem terug te zien op andere podia: in de Bibliotheek, in de culturele sector, op scholen, en bij bedrijven. Want er is genoeg te bespreken, en er valt nog een hoop te luisteren.

Asis Aynan, Joshua Baumgarten, Jaap Lampe, Bertram Mourits en Joni Zwart (leden van de commissie die Darryl Danchelo Osenga voordroeg voor het stadsdichterschap)

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.