Gasbaten. Een aanklacht uit Groningen

Geachte bestuurders! Dit is een aanklacht. En een uitdaging.
Sinds de vondst van de Groninger gasbel waren Nederlandse bestuurders er als de kippen bij om de gasbaten te verdelen. Elk jaar weer stonden de gasbaten als gratis pot geld om uit te graaien klaar. Meer uitkeringen, meer ambtenaren. Meer politieke hobby’s. Ergens tussen de 200 en 300 miljard euro aan gasbaten is opgebrand. Niet geïnvesteerd in een fonds, maar afgefakkeld.
Ondertussen daalde de bodem in Groningen, hadden panden schade, werd schade door bodemdaling niet gezien als mijnbouwschade. Een relatie tussen gaswinning en bevingen werd door de NAM stellig ontkend. Bestuurders keken weg. Gas pompen en geld pompen. Verslaafd aan het gas, aan het geld. Een verslaafde is onbetrouwbaar.
In 2012 werd iedereen wakker geschud. Een grote beving – met veel schade tot gevolg – maakte duidelijk dat er echt iets ernstigs aan de hand was. De NAM deed vervolgens goed haar best alles te bagatelliseren: de relatie gaswinning – aardbevingen in twijfel blijven trekken, rookwolken optrekken, op andere mogelijkheden wijzen, vertragen, schade zo klein mogelijk inschatten. Weglopen voor verantwoordelijkheden.
Wat deed de Nederlandse overheid als grootste belanghebbende bij de gaswinning? Die verschool zich achter de NAM. In 2013 werd de gaskraan zelfs nog even extra open gedraaid. Pompen! Bestuurders van vrijwel elke partij, landelijk, provinciaal en lokaal keken elkaar aan en grepen niet in. Schandalig.
Centra, commissies, overlegorganen, tijdelijke commissies, coördinatoren. Een heel apparaat van nog meer ambtenaren en bestuurders werd opgetuigd, met na 6 jaar tegenwerking en tegenzin van zowel NAM, CVW en overheid als resultaat: de gaskraan gaat versneld iets eerder dicht. De verstevigingsoperatie is chaos, hier gebeurt niets. Vele gezinnen in diepe ellende, onduidelijkheid en mateloos grote irritaties, weg vertrouwen.
Waar de bestuurders er als de kippen bij waren om de gasbaten te verdelen, zijn ze niet in staat om dit probleem te regelen. Minister Wiebes zei in 2017: ‘Dit is Nederlands overheidsfalen van on-Nederlandse proporties.’ In 2018 schoot het vervolgens niets op. Het is nu 2019.