achtergrond

Geenstijl

Kamervragen VVD en D66 inzake BrussenGate

hirsiballingun477.jpgSchriftelijke vragen van het lid Hennis-Plasschaert (VVD) aan de minister van Justitie over het horen van de heer Brussen als verdachte van opruiing en bedreiging. 1. Hebt u kennis genomen van het artikel “Blogger ook beschuldigd van haatzaaien om tweet”? 2. Klopt het dat de heer Brussen wordt verdacht van zowel bedreiging als haatzaaien? 3. Bent u het met mij eens dat uit de context overduidelijk blijkt dat de heer Brussen niet zelf een bedreiging uitte maar simpelweg een dreigement van een ander als nieuwswaardig signaleerde? Zo nee, waarom niet? 3. Bent u het met mij eens dat het journalisten vrij staat te berichten over het feit dat dit soort bedreigingen aan het adres van politici gewoon op internet te vinden zijn, ook als ze daarbij de bedreiging citeren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen bent u voornemens te nemen? 12 augustus 2010
Schriftelijke vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de minister van Justitie en de staatsecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het verhoor van een columnist in relatie tot eerdere uitlatingen van de minister. 1. Heeft u kennisgenomen van het bericht dat journalist en publicist B. Brussen verhoord is vanwege bedreiging en haatzaaien omdat hij andermans ‘tweet’ heeft gepubliceerd cq. geciteerd? 1) Kunt u de feitelijke gang van zaken beschrijven? 2. Kunt u aangeven hoe de handelswijze van het Openbaar Ministerie en de politie in deze zaak zich verhoudt tot uw antwoord op mijn schriftelijke vragen inzake de zaak 'Ravage' dat het “bij dit soort uitingsdelicten het van groot belang is dat uitlatingen in hun tekstuele samenhang worden beoordeeld. Het College van procureurs-generaal heeft de betreffende hoofdofficier van justitie nogmaals gewezen op het grote belang uiterste zorgvuldigheid te betrachten in zaken waarbij het gaat om het beoordelen van uitingen, opdat mensen die op een artistieke, uitdagende, scherpe manier deelnemen aan het maatschappelijk debat daarin niet ten onrechte worden gehinderd.”?2) 3. Kunt u aangeven welk gevolg er in bredere zin dan alleen de destijds ‘betreffende’ hoofdofficier van justitie is gegeven aan de in uw eerdere antwoord verwoorde beleidslijn? 4. Is de beleidslijn die in de schriftelijke vragen is verwoord, wat betreft de context en de wijze van beoordelen, voldoende meegewogen in de zaak van de heer Brussen? Zoja, op welke wijze? 1) http://www.nu.nl/internet/2310367/blogger-beschuldigd-van-haatzaaien-tweet.html, http://www.mediareport.nl/persrecht/11082010/bert-brussen-nu-ook-vervolgd-voor-haatzaaien-wegens-nieuwsbericht-over-tweet/nl/ 2) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008–2009, nr. 3066 EN 2009Z08012

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.