achtergrond

Geenstijl

#ZegHet: @Weghs wil liever seks zonder consent

weghshet.jpg Via de zoekterm #zeghet deelden talloze vrouwen (en mannen) de afgelopen dagen hun ervaringen met seksueel geweld en intimidatie. De statistieken zijn bekend, maar de urgentie van het probleem spreekt pas echt uit al die persoonlijke verhalen. Geslaagde actie, dacht ik nog. Tot de discussie plotseling toch begon te irriteren. Focussen op consent Ik begrijp van opiniemakers en fanatieke voorvechters dat de verhalen 'awareness moeten creëren', dat we af moeten van 'victim blaming' en dat scholen en opvoeders meer 'moeten focussen op consent'. Hoezeer ik het er ook mee eens ben, ik kan de analyses en maatregelen niet serieus nemen. Eenzelfde gevoel bekruipt me in discussies over racisme. Meestal ben ik het voor 90 procent met de racismebestrijders eens, maar kan ik hun argumentatie uiteindelijk toch niet serieus nemen. Ik haak af zodra er wordt gewezen op het alomtegenwoordige 'institutioneel racisme', het belang van 'inclusie' en het gevaar van 'micro-agressies'. Gekwetsenjargon Het is het uit Amerika overgevlogen gekwetsenjargon dat me tegen de borst stuit. Daarmee wordt een zweem van wetenschappelijkheid in de discussie gebracht. Ten onrechte, want meestal is het jargon een gevolg van lui denken en heeft het nog veel meer lui denken tot gevolg.
Zo wordt met institutioneel racisme meestal institutionele discriminatie bedoeld (een subtiel, maar belangrijk verschil). Micro-agressies zijn racistische opmerkingen en lompheid op één hoop geveegd met onhandige vragen en pseudo-beledigingen tot een macro-vergaarbak waar alles in past. En 'wit privilege' (wittenprivilege zou grammaticaal beter zijn) is wat mij betreft een reëel, maar niet losstaand fenomeen. Het privilege bestaat in de context van een eindeloze hoeveelheid privileges die een mens kan genieten. Toch worden deze termen regelmatig in het debat gebruikt om de discussie te smoren. Kritische vragen en opgetrokken wenkbrauwen kunnen rekenen op het doorslaggevende argument "educate yourself". Het enkele feit dat de term op Amerikaanse blogs in zwang is, zou reden moeten zijn om niet meer zelf na te denken. Buzzword Het toverwoord (buzzword, als u anglicismen prefereert) in de #zeghet-discussie is inmiddels 'consent'. Mannen moeten van jongs af aan gewezen worden op het belang van consent bij seks. Voor kant en klare lespakketten neemt u even een kijkje op Twitter, Facebook of blogs. Iedereen voelt intuïtief aan wat ongeveer met consent wordt bedoeld: dat seks of seksuele toespelingen alleen acceptabel zijn met wederzijds goedvinden. Iedereen zal het daar bovendien mee eens zijn. Waarom stuit het me dan toch tegen de borst? Instemming Consent klinkt helder en wetenschappelijk (want Engels), maar er is een prima Nederlands woord voor: instemming. En wie dat gebruikt, loopt meteen tegen de beperkingen van de term aan. Zelf heb ik geen behoefte aan seks met 'wederzijdse instemming'. Ik wil seks met wederzijdse passie en gretigheid. Dat verkrachting een walgelijke misdaad is, dat begrijpt een kind. Daar hoeft hij de term consent niet voor te kennen. Sterker nog: de term zorgt voor een contraproductieve schijnobjectiviteit. Want verleiding is een macaber spel op de grens van het toelaatbare. Het is een constant aftasten van de grens van de ander. Kan ik mijn arm om haar heen slaan? Zal ik zeggen dat ik hem knap vind? Wil ze dat ik haar kus? Dat vinden we spannend, maar vroeg of laat lopen we tegen een grens op. Zo las ik via #zeghet dat iemand de opmerking 'mooie vrouw' als een daad van seksuele agressie zag. Voor anderen zal het een welkome eerste stap zijn. Om met die tegenstelling om te gaan, zal je zelf na moeten denken en heb je helemaal niets aan uit het Engels vertaalde stoplappen als consent, micro-agression en awareness. JEROEN WEGHS is soms serieus satiricus voor Tijm Magazine.

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.