-GeenPeil Propaganda- 
Nederland heeft last van extreme fractiediscipline. Hoe extreem? In de periode van 1 januari 2013 tot en met 30 april 2016 brachten onze Tweede Kamerleden maar liefst 1.535.371 stemmen uit, verdeeld over 10.255 stemmingen. In die twee jaar en vier maanden werden slechts négen stemmen uitgebracht die ingingen tegen de fractiediscipline. We hebben het uitgerekend, dat is minder dan 0,0006%.
Fractiediscipline is niet goed voor de democratie, en GeenPeil gaat het aanpakken. Bij de andere partijen, zodat ook zij weer gaan luisteren naar de mensen die hen hebben gekozen als volksvertegenwoordiger.
Hoe erg is het?
Even inzoomen op die negen afwijkende stemmen. Hier het hele rijtje, dankzij
Datagraver:
VVD'er Foort van Oosten stemde vóór een motie van wantrouwen tegen de VVD staatssecretaris van Justitie.
CDA'er Peter Oskam stemde tegen een motie van wantrouwen tegen de VVD staatssecretaris van Justitie.
VVD'er Aukje de Vries stemde tégen een amendement met een kleine toevoeging aan een wet over bibliotheken.
PvdA'er Albert de Vries stemde vóór een amendement met een kleine toevoeging aan een wet over bibliotheken.
PvdA'er Khadija Arib stemde tégen een motie over het verplicht in groepen huisvesten van konijnen.
VVD'er Joost Taverne stemde vóór een motie tégen het derde steunpakket aan Griekenland.
Raymond de Roon stemde tégen een motie over een lijstje verdachten van lekken naar het NRC.
PPV'er Machiel de Graaf stemde vóór een motie over kamerleden die een ambtsmisdrijf begaan.
PvdA'er Jacques Monasch stemde vóór een motie om zo spoedig mogelijk een intrekkingswet voor het associatieverdrag met Oekraïne in te dienen.
De eerste vijf zijn ongelukjes. Tweemaal het omwisselen van opvolgende namen in het alfabet, één keer iemand die per abuis 'tegen' roept. Dan twee onduidelijke afwijkende stemmen van de PVV rond het instellen van een integriteitscommissie, geen idee, beetje raar. Van de negen zijn maar twee echte dissidenten: Joost Taverne, die zijn stem tegen het derde steunpakket aan Griekenland overigens
niet wilde toelichten, en Jacques Monasch die - geheel terecht maar
tevergeefs - vond dat de overheid na het referendum een streep door het associatieverdrag met Oekraïne moest zetten.
Twee van de 1.535.371 dus, dat is niet 0,0006% maar slechts 0,0001%. Nederland heeft in het parlement last van een extreme fractiediscipline: 99,9999% van de stemmingen is volgens instructie van de partij.