Ja hoor, de joden voelen zich weer eens achtergesteld. Omdat het dankzij Zwarte Piet maandenlang ging over racisme van de zwarte medemens en slavernij, voelen de joden zich blijkbaar ietwat genegeerd. Gelukkig is er dan altijd Mart Smeets nog. Hij werd geschilderd voor het programma
Sterren op het Doek door de joodse schilder Joop Rubens en gaf als feedback (ergens rond 32:00): "
Ik voel me hier heel onplezierig bij, de confrontatie met mezelf is niet prettig. Een onsje minder onderkin zou goed zijn. Dit is een bestraffende Amstelveense Joodse manier van kijken." En daarmee drukte de Martosaurus Smeetzilla op de nucleaire antisemitisme alarmknop. Kijk,
Grandioze Ophef om de schlemielige opmerking. Die onmiddellijk in de context van de bestraffende uitspraak van de RvdJ uit 1981 wordt geplaatst, toen Martelaar Smeets ook al beschuldigd werd van
jodenracisme. Natuurlijk is Antisemartismeets niet helemaal kosjer met zijn "bestraffende Amstelveense Joodse manier van kijken", maar het is opvallend dat de nadruk weer gelegd wordt op het 'Joodse' en niet op het 'Amstelveense'. Kijk, joden hebben het zwaar gehad in de geschiedenis, maar wonen in Amstelveen is dus ook geen pretje. Maar daar heeft niemand het dus over. Goed, na maanden van uitgemaakt te zijn voor racisten is het wel verfrissend dat Nederlanders nu even als jodenhaters in het nieuws zijn. Verandering van spijs doet haten, immers. Dank, Mart SmeetS.
