achtergrond

Geenstijl

Hans Jansen - Onrecht en gebrek? Weg ermee!

hj.pngVroeger, heel vroeger, was het doodgewoon om te denken dat er nergens ter wereld nog onrecht of gebrek zou zijn als alles maar verliep zoals jouw godsdienst het wilde. In het Westen is dat geloof bijna uitgestorven. Nou ja, uitgestorven, er is een ander geloof voor in de plaats gekomen. Een ruime meerderheid van de huidige nationale politieke elite gelooft dat als alles verloopt zoals de staat het wil, dat er dan nergens nog gebrek of onrecht zal zijn, en dat het nieuwe Jeruzalem uit de hemel zal komen neerdalen. In dat nieuwe Jeruzalem worden de straten niet modderig als het regent, want ze zijn geplaveid met gouden bakstenen. Als er zich een probleem voordoet, en de staat neemt het probleem op zijn bordje, dan is dat al de halve oplossing. Want welk ijselijk probleem smelt niet weg onder de brandende zon van de staatsmacht? De andere helft van de oplossing is dat er belastinggeld aan besteed wordt.
Het geloof in de almacht van God had trouwens humoristische kanten. De vromen vroegen zich stiekem wel eens af of God ook een steen kon maken die hij zelf niet op kon tillen. En, was het God toegestaan dingen te doen die onrechtvaardig waren? Mocht God een zondige stad vernietigen als er ook ‘nette mensen’ woonden? De vertellers die ons aan de verhalen van de bijbel geholpen hebben, vonden eigenlijk dat dat niet kon omdat je van God mocht verwachten dat-ie eerlijk en redelijk was. De moderne gelovigen in de almacht van de staat hebben minder gevoel voor humor dan de vromen van vroeger. Kan de staat een probleem veroorzaken dat de staat zelf niet op kan lossen? Onze politieke elite vindt van niet. Elk probleem is repareerbaar met hulp van de staat. Is er geen werk? Dan moet de staat geld vrij maken om banen te scheppen. Nu, God, zoals de bijbel en de koran hem voorstellen, die kan iets scheppen uit het niets, maar de staat beheerst die kunst niet. ‘Banen scheppen’ betekent in het jargon van de priesters van onze staatsreligie dat er een salarisadministratie wordt opgezet die regelmatig uitbetaalt. Of er ook iets geproduceerd wordt, doet niet ter zake. Karel van het Reve heeft in scherts of ernst betoogd dat er in de Sovjet-Unie destijds veel mooie dingen geproduceerd werden, maar dat die producten direct bij de fabriek in een trein werden geladen die naar Siberië reed waar de ganse hoeveelheid sovjetproducten in een ravijn werd afgestort. De winkels bleven dan wel leeg, maar de productiecijfers klopten. Onze huidige bestuurders doen het iets anders, maar het komt op hetzelfde neer. Ze creëren arbeidscontracten, maar weten niet iets productiefs te bedenken dat die gecontracteerden zouden moeten doen, daar heb je immers ondernemers voor nodig die risico’s en kansen kunnen inschatten. Zoals iedereen dagelijks ziet, blijven de kantoor- en winkelpanden onverhuurd, maar de cijfers van de arbeidsparticipatie kloppen precies. Sinds de val van de Berlijnse Muur zou het voorbij moeten zijn met door de staat centraal aangestuurde projecten die binnen een planeconomie vallen. Desalniettemin stapelt de overheid in West-Europa en Amerika het ene banenplan op het andere, compleet met een dure financiering uit belastingopbrengsten. Onder het spelen van Alle Menschen werden Brüder worden voor zulke projecten uit alle ramen van elk EU-gebouw zware pakketten met zelfgedrukte bankbiljetten naar beneden gegooid. Maar er is niemand die weet wat die tewerkgestelden moeten gaan doen. Daarvoor zijn ondernemers nodig, die iets kunnen bedenken waarvoor klanten, omdat ze er beter van worden, geld over hebben Maar die klanten hebben geen geld, omdat ze hun (spaar)geld bij de belastingdienst hebben ingeleverd om dekking te creëren voor de kosten van het banenplan. Als ze minder belasting hadden hoeven te betalen, hadden ze geld gehad om dingen te kopen, waardoor er echte werkgelegenheid geschapen zou zijn en was het banenplan niet nodig geweest. In de islamitische wereld heeft het geloof in de almacht van de moderne staat een vorm aangenomen die macaber is. Als de staat alles kan, moet de staat de toepassing van de sharia afdwingen. De sharia eist dat er oorlog gevoerd wordt tegen andersdenkenden. Die andersdenkenden moeten worden gedood, tot (seks)slaaf worden gemaakt of moslim worden. Het resultaat is Boko Haram, Hamas, ISIS/ISIL, Hezbollah, de Taliban en Al-Qaeda. Dat die alle zes op ongeveer dezelfde manier opereren, bewijst dat het niet om iets buitenissigs gaat, maar om gewone ordinaire toepassing van de sharia. Als alles verloopt zoals de sharia het wil, dan is er nergens ter wereld nog onrecht of gebrek, leert de islam. Waarom zouden moslims dat niet mogen geloven? Onze eigen bureaucraten geloven immers iets dat daar wel heel erg op lijkt.

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.