achtergrond

Geenstijl

Hans Jansen - Participatie en het Hemelboek

hj.jpg En dan ineens weet je het: participatiesamenleving. Want wat is er met de verzorgingsstaat gebeurd? De vorige penningmeester van die staat is er met de contributie vandoor. Die contributie is niet, zoals was afgesproken, gebruikt voor wederzijdse zorgverlening, maar die is naar financiële hoogstapelaars in Brussel en Griekenland gegaan; en wat er over is, wordt besteed aan subsidie op kunstzinnige dans, giften aan duister Afrika, en nog een hele lijst andere menslievende hobby’s van de nieuwe penningmeesters, Pieperik en Grutte. De clubcontributie wordt nu helaas wel verhoogd, maar daar staat iets heel moois tegenover. Ook nieuwe leden die nog nooit contributie hebben betaald zullen op een eerlijke manier verzorgd en gesteund worden. Dat was in de praktijk gelukkig ook al zo, maar nu wordt het officieel. De ingezetenen van de vroegere verzorgingsstaat moeten nu zichzelf en elkaar gaan redden, jammer maar helaas, want de sterkste schouders moeten de zwaarste lasten dragen, en vroeger was er ook geen verzorgingsstaat. Participeren dus. Zelf samen spoorbanen aanleggen, het land verdedigen, de dokter betalen, een straaljager kopen, berovingen en inbraak afstraffen, vuilnis ophalen, ach, je weet wel, de dingen die de staat vroeger deed. Maar ondertussen wél flink contributie blijven betalen, want dat geld hebben onze nieuwe penningmeesters nodig voor oude schulden en verplichtingen. En natuurlijk voor die vreselijk mooie dingen die we in Afrika doen.
Maar wat nu als niet iedereen bereid is te participeren? Stel, er zijn een kleine twee miljoen ingezetenen die elke participatie afwijzen? Bijvoorbeeld omdat ze volgelingen zijn van een Legercommandant uit de 7de eeuw van onze jaartelling? Een Legercommandant die niet alleen bevelen gaf maar die ook, vanuit de Hoogste Hemelen, bevelen kreeg? En die de hemelse bevelen door zijn officieren heeft laten vastleggen in een klein boekje (< 80k woorden) dat tot op de dag van vandaag nog overal te koop is, en waarin bijvoorbeeld staat dat je Joden en Christenen niet tot vriendjes mag nemen (hoofdstuk soera 5, vers 51)? Nu zijn er in Nederland niet zo veel Joden en Christenen meer over, dus waar gaat het helemaal over, maar in steeds andere woorden zegt het bevelenboek keer op keer dat samenwerking en vriendschap met iedereen die de bevelen van de Legercommandant niet volgt, taboe zijn. Kan je dan wel toekomen aan participeren? Het boek eist zelfs ‘grote ijver’ in de strijd tegen wie niet gelooft (25:52). Als iemand dat opvat zoals het er staat, kon dat nog wel eens lastig worden. Staat er nu werkelijk in het boek met bevelen-van-boven dat de Commandant heeft laten samenstellen, dat zijn volgelingen anderen niet mogen gehoorzamen, 25:52? Dat wordt dan lastig, want kan iemand wel participeren in een maatschappij als hij de meeste leden van die maatschappij niet mag gehoorzamen? Vraagt zo’n situatie eigenlijk niet meer om een staat die iets kan doen en die macht uitoefent, dan om een maatschappij die in het rond babbelt? Toen de volgelingen van het opleesboek met hemelse bevelen nog maar pas in Nederland aangekomen waren, trokken ze zich de eerste tien-twintig jaar niet zo veel aan van al die bevelen die er in hun boeken stonden. Die nonchalance heeft een heel leger van beroepsinstructeurs en sergeants naar Nederland toe gelokt om ze weer in het gareel te brengen. Het is raar, maar gareel vinden mensen prettiger dan geen gareel. Het vertrouwde gareel dat net aan het terugkomen is, moet dat nu in opdracht van Pieperik worden vervangen door ‘participatie’ met die niet helemaal frisse ongelovigen? Precies op het moment dat het de instructeurs en sergeants goed lukt om in te scherpen dat echte gelovigen de ongelovigen juist moesten mijden? ‘Walaa’ en ‘baraa’ noemen de instructeurs dat overigens, letterlijk ‘loyaal’ zijn aan geloofsgenoten maar zorgen dat je je ‘verre houdt’ van de rest van de wereld. Anderzijds, de oorspronkelijke talen van de instructeurs zijn zo rijk, het is onmogelijk al die rijkdom in één Nederlands woord weer te geven. Er zijn deskundo’s die beweren dat het gaat om ‘liefde’ voor de een en ‘haat’ voor de ander. We worden geregeerd door activisten die denken dat je de staat kunt vervangen door de samenleving. Maar zo is het niet. Een samenleving loopt het soepelst als er een natiestaat is die de belangen van de samenleving dient. Als er een paar miljoen nieuwkomers zowel de staat als de samenleving op grond van een vrome theorie afwijzen, is dat een haast even groot probleem als wanneer de penningmeester er met de contributie vandoor is. Participeren. Wat een vondst.

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.