achtergrond

Geenstijl

Boris van der Ham pleit voor EU-referendum

Het zijn weer Boris van der Hamsterweken"Twee jaar geleden was ik een van initiatiefnemers van het referendum over de Europese Grondwet. Na het 'Nee' van 2005 is er veel veranderd rond de Nederlandse opstelling in de EU. Als pro-Europeaan ben ik teleurgesteld over de inhoud van het nieuwe EU-verdrag, want het gaat niet ver genoeg. Maar als Democraat moet ik zeggen dat het nieuwe verdrag behoorlijk tegemoet komt aan de 'Nee'-stemmers. Daarom moet de regering niet zo bang zijn om dit nieuwe verdrag aan de bevolking voor te leggen. Een beetje zelfvertrouwen jongens!"
Regering, toon zelfvertrouwen rond EU-verdrag! Op 1 juni 2005 ging ik al vroeg stemmen voor het Europees Referendum. In het stemhokje drong het goed tot me door: Ik stemde voor een verkiezing die er mede op mijn initiatief was gekomen! Ongeveer twee jaar daarvoor, net na de Tweede Kamerverkiezingen van januari 2003, was ik benaderd door Farah Karimi (GL) en Niesco Dubbelboer (PvdA) om mee te schrijven aan het wetsvoorstel voor een referendum over de Europese Grondwet. En nu stond ik daadwerkelijk in het stemhokje. Die avond kwam de uitslag. Een ruime meerderheid van de Nederlanders had tegen gestemd. De dagen na het referendum kwam er veel kritiek op de wijze waarop de regering campagne had gevoerd. De campagne was een aaneenschakeling geweest van blunders en met name de 'dreigementen' van de regering ("het licht gaat uit als u tegenstemt'') waren velen in het verkeerde keelgat geschoten. Daarnaast hadden veel mensen tegen gestemd omdat de Europese grondwet te veel de symboliek ademde van een 'superstaat'. De afgelopen twee jaar is er veel gebeurd. Partijen die eerst zeer pro-Europees waren (zoals de PvdA) wisselde van toon naar licht eurosceptisch. Ook de VVD maakte deze koerswijziging. Maar ook in inhoud veranderde de opstelling. Zo toog toenmalig minister Zalm van Financiën eind 2005 naar de Europese collega's en legde de eis op tafel om voortaan minder geld af te dragen. Dat had succes. Het leidde tot een korting van 1 miljard euro per jaar, waardoor Nederland weer op het niveau zat van vergelijkbare landen. Premier Balkenende stelde dat deze actie een invulling was van de regering om de 'nee'-stemmers tegemoet te komen. Ook bij de onderhandelingen over het nieuwe verdrag was de toon van Nederland een volstrekt andere. Samen met de Franse president Sarkozy en de Britse premier Blair wilde Balkenende niets meer dan een 'veranderverdrag'. Bijna al hun eisen werden gehonoreerd. Tegen de wens van veel pro-Europeanen in is het nieuwe verdrag géén 'Europese Grondwet' meer, staan er geen 'statelijke' symbolen als vlag en ministers meer in, is het 'Handvest van de Grondrechten' niet meer integraal onderdeel van verdragstekst, is er een scherpere afbakening van bevoegdheden en is er extra bescherming van nationale diensten van algemeen belang. Het ontwerp van de nieuwe verdragstekst is hierdoor behoorlijk kaalgeplukt. Als 'pro-Europeaan' ben ik teleurgesteld in het nieuwe verdrag en de sceptische opstelling van Nederland in z'n algemeen. Als 'democraat' trek ik echter een andere conclusie, namelijk dat er duidelijk gehoor is gegeven aan het 'Nee' van 2005. Toen de schets van het nieuwe verdrag klaarkwam bleek dat ook uit opiniepeilingen. Een ruime meerderheid van de Nederlandse bevolking leek zich te kunnen herkennen in de nieuwe tekst. Het is daarom dubbel vreemd dat de regering nu zo krampachtig omgaat met het opnieuw houden van een referendum. Als ze echt zeker van hun zaak zouden zijn dan zouden ze zich niet zo moeten verzetten tegen een nieuwe volksraadpleging. Objectief gezien is er veel gevolg gegeven aan de argumenten van de 'nee'-stemmers, maar door het enkele feit dat de regering en enkele partijen zo draaierig opereren, zou dat juist een positieve beoordeling straks in de weg kunnen staan. Door het getouwtrek rond het referendum is de aanvankelijke steun in de opiniepeiling voor het nieuwe verdrag nu alweer behoorlijk afgebrokkeld en heeft plaatsgemaakt voor argwaan. Het gebrek aan zelfvertrouwen dreigt hier als een boemerang op hen terug te komen. Een ander argument dat door tegenstanders van een referendum wordt gebruikt is dat bij referenda 'er toch altijd 'nee' uitkomt'. Deze populaire veronderstelling klopt alleen niet. In de Europese landen zijn er de afgelopen jaren veel referenda gehouden over Europa - tussen 1972 tot en met 2005 41 keer! - en daarbij kwam er 31 keer een 'ja' uit de bus en slechts 10 keer een 'nee'. De vooronderstelling dat een referendum per definitie een 'nee' oplevert is dus niet gegrond. Ook hier zou een beetje meer zelfvertrouwen schelen. "Maar zijn dit soort beslissingen over verdragen niet bij uitstek het werk van politici- die zijn hier toch voor gekozen!?", wordt dan in de strijd geworpen. Ze wijzen dan op de Franse president Sarkozy die ook geen nieuw referendum uitschrijft. Het grote verschil met Sarkozy is dat hij zijn opstelling rond het referendum en Europa zeer duidelijk vóór de Presidentsverkiezingen kenbaar maakte. In Nederland zwegen PvdA, VVD, CDA en de ChristenUnie in alle talen over de toekomst van Europa en de mogelijkheid van een referendum. Waar ze in Frankrijk wisten waarover ze stemden, hielden deze partijen de kiezer tijdens de campagne is het vage. Hun duikgedrag toen, geeft hen nu minder speelruimte om een nieuw referendum tegen te houden. Inmiddels hebben de SP, PVV,Groenlinks en de PvdD aangekondigd een parlementair initiatiefwetsvoorstel te steunen voor een nieuw referendum. Met steun van de PvdA en de VVD (die beiden nog twijfelen) zou dit op een meerderheid kunnen rekenen. Ook ik als D66-er steun een nieuw referendum over het nieuwe verdrag. En daarna zal ik graag campagne voeren vóór dit nieuwe verdrag, niet in de eerste plaats als pro-Europeaan, maar als Democraat met zelfvertrouwen. Boris van der Ham Schrijver van 'Voortrekkers en Baanbrekers, twee jaar na het Referendum'

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.