achtergrond

Geenstijl

@voorwoord

Martin Bosma kondigt Arthur van Amerongen aan (en we geven gelijk wat stapels boeken weg)

Een voorwoord van de ondervoorzitter

Wij kondigden eerder deze week de komst aan van onze nieuwe columnist Arthur van Amerongen, nadat die zelf zijn afscheid van de Azijnbode wereldkundig maakte. Dus nog een extra inleiding op het eerste cursiefje van onze nieuwe schrijver, wijnproever en zelfkantkenner lijkt ons overbodig. Desalniettemin schreef ene Martin Bosma, een oud-studiegenoot van Arthur, een mooi voorwoord over Van Amerongen in diens bundel Dwarsdenker des Vaderlands. Dat voorwoord is dan weer een prima voorwoord na ons eigen voorwoord, voordat het woord voor Arthur is, in het volgende slot op deze voorpagina. Over een uurtje komt Tuurtje, waarbij we alvast de lezer willen waarschuwen: sla bijtijds een vat rum aan, want zijn eigen introductie gaat niet met weinig letters gepaard. Zonder verder oponthoud, derhalve, Martin Bosma, gevolgd door een HEUSE WINACTIE, onderaan.
(Foto: Jo Voets)

Voorwoord uit Dwarsdenker des Vaderlands

Ik ben natuurlijk niet objectief. Arthur en ik gaan way back. In het jaar onzes Heeren 1985 was ik een brave eerstejaars politieke wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam en werden wij in de Oudemanshuispoort ingewijd in de diepere wijsheden van het marxisme, al dan niet op leninistisch-veganistische basis.

Daarnaast besloot ik ook iets nuttigs te gaan leren. Want politiek, wie wil daar zijn brood nou mee verdienen? Aldus kwam ik terecht bij het eerbiedwaardige Juda Palache instituut, waarvan de geschiedenis ons herinnert aan eeuwen makom allef en de jiddische ziel van onze hoofdstad. Hebreeuws viel onder de vakgroep Semitische Talen. Daartoe behoort ook het Arabisch. Dat zat vol met aspirant-bekeerlingen, echter van de concurrerende denominatie. Wij waren de tweestatenoplossing aan het Spui.

Bij ons volop diversiteit in de collegebanken. Hoopvolle gegadigden tot het jodendom, meisjes fris van de kibboets, bakvisjes die waren blijven plakken aan een lokale shoarma-boer, vaderjoden die een halachisch voortplantingsuitdaginkje wilden goedmaken, gereformeerden voor wie Israël het tastbare Godsbewijs vormde en een duo leernichten die de tale Kanaans op sefardische wijze uitsprak, dus met diep-roggelende keelklank.

En Arthur. En ik.

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.