achtergrond

Geenstijl

Hans Jansen - Smaadspraak

hj.pngDe eerste helft van de islamitische geloofsbelijdenis luidt: ‘Ik getuig dat er geen god is dan Allah’. Voor een geloofsbelijdenis is dat een bevreemdend stukje tekst. De christelijke geloofsbelijdenis begint met ‘Ik geloof in Eén God, de almachtige Vader’, en zo voort. Ook raar natuurlijk, maar het gaat tenminste alleen over wat een christelijke gelovige zelf gelooft, het gaat alleen over zijn eigen zaken. De islamitische geloofsbelijdenis gaat daarentegen over wat andere gelovigen geloven, en deelt ongevraagd mee dat die andere gelovigen er naast zitten. De eerste woorden van de islamitische geloofsbelijdenis gaan over andere godsdiensten dan de islam, en spreken een negatief oordeel uit over die andere godsdiensten. Dat is in de ogen van gelovigen die geen moslim zijn blasfemie, ‘smaadspraak [over God en godsdiensten]’. Gelovigen die geen moslim zijn, worden daarmee toch wel hardvochtig ‘weggezet’ om eens een term te ontlenen aan het Nederlandse debat over ‘bepaalde groepen in de samenleving’. Bestaan er nog meer godsdiensten die hun geloofsbelijdenis beginnen met een hard en negatief oordeel over de concurrentie? Maar er is nog iets vreemds aan de hand met het begin van de islamitische geloofsbelijdenis. Daar staat niet ‘ik geloof’, maar ‘ik getuig’. Gaat het om een getuige als bij een rechtbank? In dat geval zouden we toch graag zeker willen weten dat het gaat om een getuigenis op grond van eigen waarneming. Maar het moet haast wel om hearsay gaan. Moslims getuigen dat er geen god is dan Allah omdat ze dat van elkaar gehoord hebben, niet omdat ze dat zelf gezien hebben. Maar je kunt toch geen getuige zijn als je iets alleen maar van horen-zeggen hebt? Zouden rechters in een sharia-rechtbank dezelfde opvatting zijn toegedaan over wat ‘getuigen’ is? Is de islamitische geloofsbelijdenis eigenlijk wel een geloofsbelijdenis? Is het niet eerder een getuigenis? En dan nog wel een getuigenis op grond van horen-zeggen, dat negatief is over alle andere godsdiensten?
Vooraanstaande hedendaagse beroepsmoslims willen, tot op de dag van vandaag, blasfemie graag zwaar bestraffen. Maar wanneer een moderne staat blasfemie verbiedt en strafbaar stelt, pakt dat ongunstig uit voor de islam, want naar de normen van alle godsdiensten die er maar bestaan, is alleen al de eerste helft van de islamitische geloofsbelijdenis een helder geval van blasfemie. Op het eerste gezicht is ook wat de koran zegt beledigend, kwetsend en bedreigend voor wie geen moslim is. Maar de koran is ‘een oude en eerbiedwaardige historische tekst’ die je misschien niet zo maar kunt verbieden. De korancommentaren daarentegen die de beroepsmoslims heden ten dage de wereld in sturen, die zijn vandaag de dag geschreven en vallen onder het normale strafrecht van het land waar ze verschenen zijn. Beroepsmoslims die onder het mom van koranuitleg oproepen tot moord, zijn onderworpen aan de gewone wetten en dienen bestraft te worden. Ook de koran bevat, niet alleen op het eerste gezicht maar ook zoals hij door beroepsmoslims wordt uitgelegd, bedreigingen, beledigingen en blasfemie. En dan de bijbel. Ook die maakt zich schuldig aan blasfemie en belediging. Elia vraagt de Baälspriesters als hun God zwijgt, of hun God wellicht even is gaan poepen en daarom niet meteen in actie kan komen. De Baälspriesters zouden Elia daarvoor graag bij de Baälsjustitie hebben willen aanklagen, zelfs als er geen voorgedrukte aangifteformulieren klaar lagen bij de Baälspolitie. Koran en hadiith, en ook de bijbel, bevatten passages die door juristen en door gelovigen van andere godsdiensten wel heel makkelijk als beledigend of bedreigend opgevat kunnen worden. Soms zelfs wordt de grens zo duidelijk overschreden dat er geen hulp van een jurist meer nodig is om je een oordeel te vormen: ‘Doodt elke jodenman die in uw handen valt’, uit de hadiith afkomstig. Anderzijds, aanhangers van een andere richting binnen je eigen godsdienst ‘gepleisterde graven’ noemen, van buiten mooi wit gestuukt maar van binnen rottenis en stank: behoorlijk beledigend. Het bijbelse scheldwoord ‘addergebroed’, kan dat nog wel? ‘Synagoge van de Satan’? We zijn veranderd, want vroeger, in de bijbel en de koran, en zeker in de hadiith, was een scheldpartij heel gewoon, en bovendien meestal heel verhelderend. Maar tegenwoordig nemen mensen al aanstoot aan een zakelijke term als ‘beroepsmoslim’, en dat terwijl er weinig termen zo verhelderend zijn, en het woord zelfs niet in de buurt komt van schelden. Godsdiensten kunnen niet bestaan zonder, althans volgens de normen van andere godsdiensten, beledigende en blasfemische uitingen te doen. Het klinkt als een paradox maar een gelovige die blasfemie verbiedt, verbiedt godsdienst. En een ongelovige die blasfemie strafbaar gesteld wil zien ‘omdat godsdienstkritiek nu eenmaal steeds tegen één bepaalde godsdienst gebruikt wordt’, die deugt niet, of is politicus, of beide. Tenslotte: Beledigen is een stuk minder definitief en ingrijpend dan onthoofden.

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.